
Het NCvB heeft twee nieuwe registratierichtlijnen uitgebracht: een voor de ziekte van Lyme en een voor Q-koorts.
De richtlijnen bieden de bedrijfsartsen handvatten die helpen in de afweging of er al dan niet sprake is van een beroepsziekte. De richtlijn Lyme bevat daarnaast aanbevelingen voor preventie van de ziekte. Beide ziekten hebben zich in korte tijd definitief genesteld in Nederland.
Ziekte van Lyme
De ziekte van Lyme is een infectieziekte. Overdracht op mensen vindt plaats door een beet van een met de Borrelia bacterie besmette teek. Er is sprake van een tekenbeet wanneer een teek zich heeft vastgebeten in de huid. Het aantal gevallen van lymeziekte neemt gestaag toe. De oorzaak kan liggen in een toename van het aantal teken door klimaatverandering. Ook is het publiek alerter op het voorkomen van de ziekte. Teken komen vooral voor in groene, bosrijke gebieden. Ze zitten met name in hoog schaduwrijk gras en onder dode bladeren of in de buurt van bomen en struiken. Ongeveer vijftien procent van de teken is besmet.
Medisch beeld
De ziekte van Lyme kan een groot palet aan klachten veroorzaken. De ernst daarvan is afhankelijk van het stadium (vroeg, laat of chronisch) en verspreiding door het lichaam (lokaal of gedissemineerd). De ziekte kan een groot aantal orgaansystemen aandoen, van alleen de huid tot gewrichten, zenuwstelsel en hart/vaten.
Omvang van de problematiek
Naar schatting loopt ruim een miljoen mensen per jaar een tekenbeet op. Van die groep ontwikkelen circa 25.000 mensen een erythema migrans (EM): een cirkelvormige huidafwijking.
Naar schatting loopt ruim een miljoen mensen per jaar een tekenbeet op
Wijze van besmetting
Besmetting door een beet van een besmette teek. Vooral op warme, vochtige plekken als onder de oksels, in de liezen, de knieholtes en de bilspleet. Bij mannen die werkzaam zijn in de bos- en natuursector zien we vooral (circa 60%) tekenbeten rond het kruis en in de liezen.
Werkgerelateerde blootstelling
Bij de werkende populatie is sprake van een tekenbetenincidentie van 41 per 100.000. Bij 25-30 procent van de groenwerkers en beoefenaren van andere hoogblootgestelde beroepen zijn antistoffen tegen de Borrelia-bacterie aantoonbaar in het bloed.
Vaststellen beroepsziekte volgens het 6-stappenplan
Belangrijk bij het vaststellen van een beroepsziekte is toepassing van het 6-stappenplan. De eerste stap: duidelijkheid over de diagnose ‘ziekte van Lyme’. Die diagnose moet op een juiste wijze tot stand komen. Dit is makkelijk als er sprake is van een EM aansluitend op een tekenbeet. Hiervoor is geen specifieke expertise nodig, ook een bedrijfsarts kan die diagnose stellen. Moeilijker wordt het als er sprake is van een gedissemineerde infectie. Vaak is dan sprake van een minder eenduidig medisch beeld en een blootstelling verder terug in de tijd. De bedrijfsarts moet zich in dit geval realiseren dat alleen de aanwezigheid van antistoffen tegen de Borrelia onvoldoende grond is voor het stellen van de diagnose. Het is dan zaak de blootstelling in kaart te brengen. Meestal zal dat een historische blootstelling zijn, waarbij het belangrijk is klachten te situeren op een tijdslijn, al dan niet in relatie tot de blootstelling.
> De nieuw verschenen NCvB-richtlijn Ziekte van Lyme geeft de bedrijfsarts handvatten. Om te helpen bij de afweging of er al dan niet sprake is van een beroepsziekte. En voor preventieve aanbevelingen om besmetting te voorkomen.
Q-koorts
Q-koorts is een zoönose en wordt veroorzaakt door de Coxiella burnetii bacterie. Tot 2007 kwam Q-koorts sporadisch voor in Nederland, met gemiddeld 17 (1-32) gerapporteerde humane acute Q-koortsinfecties per jaar. Dit beeld veranderde in 2007 na de uitbraak in het Noord Brabantse dorp Herpen. In 2009 was het aantal acute Q-koortsgevallen opgelopen tot 2354, mede verband houdend met de intensieve geitenveehouderij.
Medisch beeld
Een chronische Q-koortsinfectie uit zich vooral in een ontsteking van de hartkleppen en bloedvaten. Daarnaast kan er sprake zijn van langdurige vermoeidheidsklachten.
Omvang van de problematiek
Door het massaal ruimen en vaccineren van geiten is het aantal acute Q-koorts infecties teruggekeerd tot het niveau van vóór 2007. In de tussentijd zijn circa 100.000 mensen besmet geraakt. De literatuur maakt duidelijk dat 1-5% van hen een chronisch ziektebeeld ontwikkelt. Dit betekent dat het nodig is om in de komende jaren rekening te houden met een forse toename van chronische Q-koortsgevallen en het Q-koortsvermoeidheidssyndroom.
1-5% van de besmette mensen ontwikkelt een chronisch ziektebeeld
Wijze van besmetting
De besmetting vind plaats door de lucht. De Coxiella burnetii-bacterie kan zich, afhankelijk van de windrichting, over vele kilometers verspreiden.
Werkgerelateerde blootstelling
De klassieke werkgerelateerde risicogroepen zijn mensen die met geiten en schapen werken, zoals geitenboeren en dierenartsen. Maar ook incidenteel blootgestelden kunnen besmet raken, denk aan een postbode of elektricien die een besmette geitenboerderij heeft bezocht.
Vaststellen beroepsziekte volgens het 6-stappenplan
Door het ingrijpen van de overheid komt acute Q-koorts nagenoeg niet meer voor in Nederland. Tijdens de Q-koortsuitbraak zijn vele tienduizenden mensen besmet geraakt. Daarom houdt men de komende jaren rekening met een forse stijging van het aantal chronische Q-koortsinfecties. Omdat het gaat om een historische blootstelling is het zaak aan de hand van het tijdstip, het klinische beeld, de werkanamnese en de aard van de blootstelling vast te stellen of sprake is geweest van een relevante werkgerelateerde blootstelling.
> De nieuw verschenen NCvB-richtlijn Q-koorts geeft de bedrijfsarts handvatten om te helpen bij de afweging of al dan niet sprake is van een beroepsziekte.
> Kiezen voor een praktische aanpak van beroepsziekten? Doe inspiratie op met het boek ‘Beroepsziekten voorkomen’.